Je zult het met alleen het uiterlijk moeten doen want onderzoek op het internet levert geen website op. Wel zit het bedrijf op het gezichtenboek en nog wat social media sites. Dan kom je ook de naam VA-K Innovations tegen op het zelfde adres in Mexico, maar ook geen website onder deze naam. Nu we nog altijd opgescheept zitten met het Corona en we node off-the-road lekkernijen moeten ontberen is het in ieder geval een welkome afwisseling om even te neuzen in de creaties van het bedrijf. We beginnen met enkele ‘opvallende’ creaties van Vaca Limousines. Even snuffelen op het internet leveren nog enkele exemplaren op, maar dat zijn dan vooral verlengde modellen van bestaande auto’s. En ja, ook de meest bizarre creaties van het bedrijf rijden…
Boven: De naam van deze ‘bootmobiel’ is een samentrekking van de naam van het bedrijf (VA-K Innovations) en de Titanic. Anders dan bij de Titanic kun je met deze VAKANIC gerust tegen een ijsberg aan varen mocht je die tegenkomen. Ongetwijfeld zal je dan ‘averij’ op lopen, maar heel diep zinken op straat…? Hooguit als er toevallig een ‘sinkhole’ (zinkgat) onder de wielen huist. Heerlijk ook dat anker en die achteruitkijk spiegel.
Boven en onder: Parkeren wordt wat moeilijker, maar gelukkig zijn de vleugels er af. In ieder geval heb je meer ruimte dan in de meeste vliegtuigen waarmee je de lucht in gaat.
Boven en onder: Mooi of niet; je valt wel op.
Het 4×4 onderwerp… Hieronder kom je meer terecht in onze liefhebberij, het off-the-road dan wel 4×4. Mexico leunt op automobielgebied sterk tegen buurland de USA en dat zie je terug in deze Land Rover Discovery pick-up. Neemt niet weg dat het een fraai staaltje van conversie laat zien. Vinden wij.
Boven en onder: Een beetje typische wielkast aan de rechter binnenzijde, maar zover we kunnen oordelen heeft Vaca Limousines een Discovery gewoon doormidden gezaagd en van de achterzijde de pick-up gecreëerd. Misschien het overwegen waard voor Land Rover? Of moeten we wachten op de nieuwe Defender pick-up?
Fotografie: Vaca Limousines. Tekst: Martin Brink, met dank aan Ronald van de Belt.