Officieel heet het een hittegolf te zijn zaterdag 13 augustus. We twijfelen er geen seconde aan, want ondanks dat onze donker gekleurde reisbolide onder verkoelende bomen staat, slaat de hitte even na het middaguur als een mokerslag toe zodra we het portier openen. Oef, normaal geven we er niet veel om, maar nu stijgt de airco van de auto razendsnel en huizenhoog in onze achting. Samen met vriend en collega Jan Houtkoop hebben we afgesproken rond de klok van 13.30 uur in Alphen te zijn, alwaar vriend en collega Peter Bouwmans ons rond die tijd bij de ingang opwacht. Van een vorig bezoek aan de Boerendag in Alphen weten we dat de Mudrace eind van de middag van start gaat. Tot die tijd willen we de overige ‘ingrediënten’ van de Boerendag bekijken, want er valt enorm veel leuks en moois te zien weten we van datzelfde ‘vorige bezoek’ uit onze herinnering te peuteren.
Aankomst. Een tankstop zorgt er voor dat we een minuut of zeven na de afgesproken tijd pas arriveren op het terrein in Alphen. In de verte zien we Peter al zitten bij de ingang van de parkeerplaats, achter in zijn Jeep met de klep omhoog. Gedachteloos parkeren we onze auto schuin achter die van Peter in de wetenschap dat Peter, zodra we gearriveerd zijn, een telefoontje zal plegen met Bianca van Tilburg. Bianca is op de Boerendag de ‘regeldame’ voor het Mudracen en op haar uitnodiging beloofde ze tevens dat ze voor de terrein.nu medewerkers voor een parkeerplekje zou zorgen nabij de modderbak in wording. Yep, dat scheelt een hoop sjouwwerk voor de terrein.nu fotografen, plus dat je eventuele benodigdheden, met name voor de camera’s, snel bij de hand hebt. Nog voor we uit onze bolide gestapt zijn kijkt de ‘parkeermeneer voor de gelegenheid’, getooid met een fel geel hesje, argwanend en licht geïrriteerd in onze richting. Terecht, bedenken we, want overige bezoekers kunnen moeilijker de parkeerplaats opdraaien met onze bolides nabij de ingang. We leggen hem uit wat de bedoeling is en inmiddels heeft Peter Bianca ook al aan de lijn gehad. Die komt onmiddellijk aangesneld om ons naar onze plek te dirigeren, maar daar weet onze parkeer meneer een snellere oplossing voor, zodat we luttele minuten later de auto op korte afstand van het komende ‘plaats delict’ kunnen parkeren. We babbelen even met Bianca over de Mudrace, het aantal deelnemers en hoe laat het spektakel gaat beginnen, maar al snel daarna hangen we onze camera’s om onze nekken en gaan we ‘aan de slag’.
Interesse peiling. Wanneer is de Boerendag in Alphen een aanrader om een bezoek te brengen? We hebben het dan niet direct over het Mudracen, maar alle andere activiteiten die er te zien zijn en plaats vinden. Simpel, ben je breed geïnteresseerd in (oude) techniek of in het (oude) boerenleven, dan is een bezoek al dubbel en dwars waard, laat staan als je in beiden interesse hebt. Er is van alles te zien en je hoeft je een hele dag geen seconde te vervelen. Iedere Boerendag heeft in Alphen één, of soms meerdere thema’s. Tijdens ons vorige bezoek was dat bijvoorbeeld Citroën automobielen, maar ook de Unimog van Mercedes. Dit jaar is het Fiat en verderop kun je zien dat dit geslaagd is.
Boven en onder: Tractor pulling, maar dan in miniatuur. De overeenkomst met een op een tractor pulling? Deelnemers zijn net zo fanatiek!
Herinneringen. Het hoofdthema boerenleven en vanzelfsprekend zien we dan ook een keur aan tractoren. Maar ook stationaire machines die het boerenwerk minder zwaar maakten. Immers, de industriële revolutie startte min of meer in de mijnbouw en op het platte land. Ploegen, dorsen, schier vergeten ambachten; het valt allemaal te zien, vooral op de oude manieren uit het verleden. Paarden bijvoorbeeld, nog voor de ploeg of kar gespannen en een kalfje dat gewoon bij ‘moeders de koe’ mag drinken zoals je op de openingsfoto kunt zien.
Boven en onder: Kwamen we bij een eerder bezoek eveneens tegen. Niet te zien is zijn de vaten koelwater achter de machine. In het verleden stond de machine bij een waterput en werd deze voortdurend met grondwater gekoeld.
Boven: Boerenwijsheden? Onder: Nope, neem de kids gerust mee. Ze hoeven zich niet te vervelen en bovendien leren ze hier dat de melk niet uit de supermarkt komt…
Boven en onder: De Franse ‘Le Percheron’ (Frans voor trekpaard) is een kopie van de Duitse Lanz Bulldog maar gemaakt ‘met de Franse slag’. Ook in Argentinië werden deze tractoren gebouwd onder de naam Pampa en de Polen bouwden hem onder de naam Ursus. Ze zijn vooral bekend van hun ‘gloeikop motor’, een uitvinding van de Engelsman Herbert Akroyd Stuart (eerste patent in 1886, maar belangrijkste patent in 1890). We hebben in het verleden uitgebreid aandacht aan de gloeikop motor besteed, die met zijn lage compressie van 3:1 op vrijwel alles kan draaien dat brandbaar is.
Boven de Argentijnse Pampa en onder twee stuks van de Poolse Ursus.
Boven: De Franse Le Percheron geflankeerd door drie Argentijnse Pampa’s.
Onder: Het enige rupsvoertuig op de Boerendag trekt flink de aandacht van de terrein.nu fotografen zien we bij thuiskomst…
Boven: Een Farmall F.137.D portaal tractor uit Frankrijk, speciaal voor de wijnbouw en gebouwd door International Harvester. Er zouden er slechts 510 gemaakt zijn.
Onder: De ‘wasvrouw’ uit ons vorige bezoek is ook deze keer van de partij.
Boven: De organisatie van de Boerendag zorgt er voor dat het de terrein.nu fotografen aan niets ontbreekt. En het wordt geserveerd door een allervriendelijkste dame.
Boven: Een Willys uit de oorlogsjaren, met als bijnaam jeep….
Onder: Oud Hanomag tractortje.
Boven: Lanz Bulldog.
Twee keer boven en onder: Eveneens aanwezig een club van liefhebbers van brommers uit vervlogen jaren. Het roept onmiskenbaar herinneringen op uit onze jeugd, want toen zagen we veel van dit soort exemplaren in de straten rondrijden….
Boven en onder: Edoch, het zijn niet allemaal brommers die we kennen, want we ontwaren ook enkele unieke en bijzondere exemplaren.
Boven: Ford Model T.
Boven: Een vintage USA pick-up, compleet met patina, die je niet heel veel ziet, de International.
Onder: Neerlands nationale trots uit het verleden: de Daf. De auto zelf is geschiedenis, maar de unieke CVT aandrijving heeft geschiedenis geschreven en bestaat nog altijd.
Boven: Een Peugeot uit de jaren 20-30 van de vorige eeuw. Helemaal zeker zijn we niet, maar is het een type 172?
Boven en vier keer onder: Stom verbaasd zijn we bij het zien van dit voertuig, gebouwd in pakweg twee-en-een-half jaar door de jeugdige eigenaar. Niet helemaal exact, maar als voorbeeld diende de eerste auto van meneer Henri Ford, de Quadricycle uit 1896. Het motortje loopt in ieder geval netjes, met inlaatkleppen die openen op onderdruk.
Boven en onder: De motor van respectievelijk de nagebouwde en de originele Ford Quadricycle.
Boven en onder: Respectievelijk de nagebouwde en de originele Ford Quadricycle in het Henri Ford Museum in het Amerikaanse Dearborn (Detroit) Michigan.
Boven en onder: Het puft, het rookt, het rochelt, het stampt, het sist, het geurt en het draait, maar bedenk wel dat we hier de wortels zien van de industriële revolutie, in ‘de aarde gestoken’ (op gang gebracht) door onze voorouders.
Boven: Ferguson, voor de samenwerking met Massey.
Boven: Mandenvlechters.
Onder: Dit kenden we niet en het heet ‘Inkleloom’ weven. Het weefgetouw kun je gewoon op een bescheiden tafeltje kwijt maar de dame weefde er prachtige banden mee die heel wat aangenamer aanvoelden dan bijvoorbeeld onze camerariemen. We hebben er een aangeschaft voor de bekende proef op de som.
Boven: Het thema is Fiat dit jaar schreven we al en hier staan ze dan: Fiat tractoren! Zo’n 75 staan er opgesteld, stuk voor stuk in ‘Hollands’ oranje.
Boven: Een Triumph Stag.
Onder twee keer: Te herkennen uit duizenden, Unimogs.
Boven: Een exemplaar dat we niet eerder gezien hebben, een Bungartz Peschke tuinbouwtractor, gemaakt in het Duitse Hornbach. Niet vreemd hoor, dat we deze niet eerder gezien hebben, want we zijn beslist geen tractor experts, ook al vinden we ze wel heel leuk.
Boven: Bij het zien van een ‘Lelijke Eend’ is commentaar overbodig dunkt ons…
Boven: Woon en kermiswagens uit vervlogen jaren.
Boven en vier keer onder: Even een foto maken van kinderen die aan het tekenen en kleuren zijn wordt schrijver dezes bijna fataal. In een poging aan de andere zijde van de kraam te komen struikelt hij, grijpt zich ongelukkig vast aan de houten plank van de kraam zodat er een fikse balk in zijn vinger verdwijnt. Vrijwel tegelijkertijd wordt collega Jan gestoken door een wesp van buiten proportionele afmetingen en een geschat gewicht van om en nabij de 9,8 kilo, nota benen onder zijn T-shirt. Collega Peter belt in paniek de trauma helikopter die ons beiden met spoed naar de EHBO vliegt. Daar worden we opgewacht door twee aller aardigste dames. Bij Jan wordt circa twee liter wespengif uit zijn lichaam gezogen terwijl het ruim een kwartier geduurd heeft voordat de balk met een takel uit ondergetekende zijn vinger gehesen kon worden. Enfin, nadat beide slachtoffers enkele liters bloed toegediend hebben gekregen kunnen ze hun werkzaamheden weer oppakken. Het verdient natuurlijk wel een plaatje van de twee dames die de levens van de twee terrein.nu slachtoffers gered hebben….
Boven: Dialect voor een aardappel ploeg.
Boven: De DKW Munga! Munga is een afkorting van Mehrzweck UNiversal-Geländewagen mit Allradantrieb en door Auto-Union zijn er van 1956-1968 zo’n 46.750 stuks gebouwd.
Boven: Model A (Phaeton) van Ford uit 1929.
Boven: Bierbrouwen is dit jaar ook een thema van de Boerendag in Alphen. De Brouwerij is wel enkele keren langs gekomen, maar de droogte heeft het brouwen van bier de nek omgedraaid.
Boven: Enorm populair en tot de verbeelding sprekend is de Chevrolet Bel Air, gebouwd tussen 1953 en 1975, de jaren die wel als de hoogtijdagen van de Amerikaanse automobiel worden gezien. In Canada blijft de Bel Air zelfs in productie tot en met 1981.
Boven en onder: Oud boeren gereedschap wat nog veel inspanning en transpiratie vergt.
Waarschuwing vooraf! Binnenkort komen we met het verslag van waar we voor zijn gekomen: het Mudracen. Zorg dat je oude kleren en zeep klaar hebt liggen, want de modder zal om je oren vliegen!
Fotografie: Jan Houtkoop, Peter Bouwmans & Martin Brink. Tekst: Martin Brink.