Een ‘keigoede’ brandweerauto…

‘Eventjes terug’. Enkele maanden geleden verzilveren we een afspraak met Bevelvoerder Marco van Amerongen op de brandweerkazerne in Amersfoort. Aanleiding hiervoor is dat ik enkele weken daarvoor op de open dag van de brandweer Amersfoort ben geweest. Dat zegt op zich nog niets, totdat bij dat bezoek met name één voertuig mijn bijzondere aandacht trekt, namelijk een uit de kluiten gewassen Mercedes-Benz Unimog 530. Helaas staat dit voertuig op een wat ongelukkige plaats om er foto’s van te kunnen maken en bovendien is er geen enkele brandweerman aanwezig die mij wat meer over de techniek en inzetmogelijkheden van dit voertuig kan vertellen.

‘Commandocentrum’. Maar voordat we fanatieker op zoek gaan naar zo’n ‘vuurvechter’ (naast brandweerman tevens variatie op vuurvreter in de betekenis van onverschrokken strijder) wordt een rondleiding door het kazernegebouw gegeven. Onverwacht indrukwekkend durven we te bekennen! Van werkplaats tot en met slaapverblijf, gymzaal, douches, kleedzaal; kortom alles is ‘in het kazernehuis’ te vinden om permanente bewoning mogelijk te maken maar ook om dat ‘permanent aanwezig moeten zijn’ zo aangenaam en doeltreffend mogelijk te maken. Immers, bij een brand is snelle actie van wezenlijk belang en dan hebben we het even niet over het mogelijk materiële verlies. Het kan immers levens redden.

Een stukje ‘Unimog doopceel’ gelicht. Maar wat is nu precies een Unimog 530, want die wekt in beginsel onze belangstelling. Unimogs zijn veelzijdige voertuigen weten we en dat geldt ook voor deze 530 uitvoering. De Unimog is oorspronkelijk ontwikkeld voor gebruik in de agrarische sector maar al snel vindt hij zijn weg ook naar Defensie. Hieronder een kort stukje over haar ontstaan.

Unimog is een samentrekking van UNIversal-MOtor-Gerät en het is meneer Albert Friedrich die het eerste model direct na de Tweede Wereldoorlog ontwerpt. Hij tekent vervolgens een overeenkomst met Erhard & Söhne in het Duitse Schwäbisch Gmünd. De ontwikkeling begint op 1 januari 1946 en eind van datzelfde jaar is het eerste prototype een feit. Leuk detail van dat eerste prototype: de spoorbreedte is zo groot als twee rijen gepote aardappelen! Het voertuig is immers bedoeld als landbouwvoertuig schreven we al en je moet er mee op het land kunnen werken plus dat het werktuigen aan moet kunnen drijven en transporteren. Om die redenen heeft het onder meer een hoge bodemvrijheid en een flexibel frame, zodat rijden op oneffen terrein niet direct voor problemen zorgt. Je snapt nu ook dat met die eigenschappen het Defensieapparaat al gauw interesse toont. De productie start in 1947, in eerste instantie met een 25 pk sterke dieselmotor onder de motorkap. Op de motorkap prijkt een logo dat wordt gevormd door twee ossenhoorns welke een ‘U’ vormen. De eerste serie wordt niet door Erhard & Söhne gebouwd omdat zij niet de capaciteit in huis hebben om Unimogs te bouwen. Ze komen daarom van Boehringer, een producent van landbouw werktuigen. Daimler-Benz is nog niet in de picture omdat zij zo kort na de oorlog nog geen vierwiel aangedreven voertuigen mogen bouwen. Dat verandert in 1951, want dan neemt Mercerdes-Benz de productie over. Boehringer heeft, simpel gezegd, weinig ervaring met het maken van voertuigen op grote schaal. Mercedes-Benz heeft dit wel en bovendien een dealernetwerk in binnen en buitenland. De productie verhuist voortaan dus naar Gaggenau waar de Unimog tot op de dag van vandaag haar wortels heeft liggen. Plus sinds 2006 een museum waar je verschillende geproduceerde modellen van Unimog kunt bewonderen en je op het buitenterrein mee kunt rijden in een Unimog welke over diverse obstakels zijn kunnen laat zien. Terzijde, de cabines worden van 1952 tot en met 1979 gebouwd door Westfalia Van Conversion. Door de jaren heen zijn er veel verschillende modellen en uitvoering gebouwd maar één ding hebben ze allemaal gemeen: ze zijn ontworpen om in de meest uiteenlopende omstandigheden te presteren.

Boven: Bevelvoerder Marco achter het stuur van de Unimog 530. Die is op de foto ‘nog niet jarig’! (maar wel bijna als we dit verslag publiceren).

Boven: De van binnenuit bedienbare straalpijp aan de voorzijde van de Unimog.

Bewuste keus. De Unimog 530 behoort tot een van de nieuwere modellen en is speciaal ontworpen en uitgerust voor brandbestrijding in en op moeilijk te bereiken natuurgebieden zoals bossen, heidevelden en moerassige ondergrond. Een potente zescilinder motor, gepaard met vierwiel aandrijving en een hoge bodemvrijheid, staan tamelijk garant voor voortgang in ruw en oneffen terrein. De Unimog 530 in deze hoedanigheid is derhalve een bewuste keuze geweest en begrijpelijk als je weet dat Amersfoort voor een groot deel omgeven wordt door het bosrijke Landgoed Den Treek, met daarnaast grenzend de Leusderhei waar ook een groot militair terrein is gelegen. De combinatie van Unimog met de opbouw van Ziegler zorgt er voor dat de brandweer snel en efficiënt te werk kan gaan bij het bestrijden van bos en heidebranden, mede omdat de bemanning in het voertuig kan blijven door van binnenuit bedienbare straalpijpen.

 

Boven: Achterzijde met pompbediening en slanghaspels.

Boven en onder: De uitrusting van het voertuig is veelomvattend. Behalve radio voor communicatie met collega brandweerlieden is er navigatie aan boord, zowel digitaal als met topografische kaarten.

Boven: Zeer gedetailleerde topografische kaarten met coördinaten.

Boven: Wel zo makkelijk, alles wat je nodig hebt of nodig kunt hebben onder handbereik.

Boven: Besturing van bluswaterdruk en bediening voorste straalpijp.

Rijke uitrusting. Voor het handmatig blussen vanuit het voertuig beschikt de bemanning over twee straalpijpen welke met de hand op de brandhaard gericht kunnen worden. De hoeveelheid bluswater en de kracht waarmee geblust wordt ligt in handen van de bevelvoerder die vanuit zijn positie voorin het voertuig een uitstekend overzicht heeft. De bemanning in het achterste deel van het voertuig heeft eveneens beschikking over diverse hulpmiddelen zoals een warmtebeeld camera, portofoon, schijnwerpers, etc. Oh ja. Natuurlijk ontbreken ademlucht maskers niet!

Boven: Voertuig met geopende luiken in het dak om plaats te bieden aan twee spuitgasten.

Boven: Aansluitingen binnen in het voertuig voor verse ademlucht.

Ademnood taboe. De twee brandweerlieden die via het geopende luik toegang hebben tot de twee spuitkoppen kunnen ook, vrijwel ongehinderd, met opgezette ademluchtmaskers werken. Hiervoor zit tussen de twee zitplaatsen een ademlucht aansluiting zodat zij niet met een tank op de rug in het voertuig plaats hoeven te nemen.

Boven: Ingeschakelde beneveling rondom en onder het voertuig. Onderschat dat niet, want vuur is snel en onvoorspelbaar. En je moet er niet aan denken dat je de brand op afstand van het voertuig vakkundig geblust dan wel onder controle hebt, maar er onder je brandweerauto, tevens je mogelijke vluchtauto, een brandje woedt. Banden en brandstof zijn bijvoorbeeld ideale ‘voedselbronnen’ voor een ‘stevig fikkie’.

Onder: Verschillende mogelijke vernevelingen van het bluswater rondom de Unimog 530.

Fotografie: Ziegler & Jan Houtkoop. Tekst: Jan Houtkoop.

2 thoughts on “Een ‘keigoede’ brandweerauto…”

  1. The last picture of spraying water up into the air is beyond my thinking and a waste of water. Not a direct attack. It looks like a ship doing that thing spraying water for special occasions on ships leaving or coming into port. How many liters/gallons of water does this unit hold? My big unit held 750 gallons / 2839.06 liters of water and that went fast on raging high grass and palmetto fires. You could not waste water. Everything was direct attack. We are worlds apart in our attack methods. But I still love it just the same. Fire is fire when it’s in high grass or forests. Nothing like it choking on the smoke and tears in your eyes burning and a black face like black pete. 😂 They did not care about our lungs back then. It’s not possible to have that here.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.