Derde 4D Challenge van de LRCH (deel 2)

De deelnemers zijn zich nog van geen ‘kwaad’ bewust als ze opnieuw in alle vroegte gewekt worden door het nog altijd even vrolijke gekwetter van de lokale ‘gevederden’. We verdenken die er van dat ze puur uit nieuwsgierigheid iedere morgen het kampement opzoeken om te kijken wat die rare mensen met die vreemde auto’s nu weer gaan doen (of is het vreemde mensen met rare auto’s?). Nu, die beginnen met een stevig ontbijt voor zichzelf klaar te maken en vervolgens te verorberen. Dat moeten ze wel, want anders komen zij zichzelf tegen tijdens deze loodzware 4D Challenge waarin het uiterste van de deelnemers wordt gevergd. En denk niet alleen aan het uiterste van je lichaam, maar ook van de geest, want die moet iedere keer het lichaam er toe aanzetten om toch weer verder te gaan, en dat terwijl dat lichaam zich het liefst een weekje ter ruste legt om te herstellen van de gedane inspanningen.

Het programma van de derde dag van de vierdaagse 4D Challenge… Zo in alle vroegte hebben de deelnemers nog geen flauw idee wat ze deze dag te wachten staat. Wellicht maar goed ook. Ondergetekende met zijn collega’s Norbert (fotografie) en Marco (film) krijgen dat stiekem toegefluisterd op voorwaarde geen van de deelnemers in kennis te stellen. De deelnemers starten met de zogeheten Trailrun Rotenfels om daarna met de auto naar Luxemburg te vertrekken. In Luxemburg viert de Luxemburgse tegenhanger van de LRCH haar twintigjarige bestaan en de LRCH is uitgenodigd om dat op gepaste wijze met hen te vieren. De Luxemburgers hebben ter opluistering, met behulp van een aantal LRCH vrijwilligers, enkele trialproeven uitgezet en die moeten de deelnemers zien te verslaan. Een enkele reis zet ruim tweehonderd kilometer op de tellers ofwel circa 135 mijlen in geval er een mijlenteller in je Land Rover steekt. Om de voorraad brandstof bij de tankstations richting Luxemburg en retour niet onnodig uit te putten spreken fotograaf Norbert en ondergetekende af dat Norbert de fotografie in Luxemburg voor zijn rekening neemt en ondergetekende de fotografie voor de Trailrun Rotenfels.

Boven en onder: Vlak voor vertrek naar de eerste challenge, die Trailrun Rotenfels, wordt even tijd genomen voor een groepsfoto. Op de voorgrond liggen initiatiefnemers Marcel Panhuis (links) en Raymond Versloot dan uiteraard rechts. Hieronder, en zeker net zo belangrijk, zijn de vrijwilligers van de LRCH die het evenement mogelijk hebben gemaakt. Het wordt vaak gezegd op deze manier zodat het bijna een gewoonte is geworden, maar we zouden niet weten hoe het anders te kunnen omschrijven. 

Boven: V.l.n.r…… Uhh, maar even niet….

Boven: Meesterkok Herman Prust treft vast voorbereidingen voor de maaltijd van de crew vrijwilligers. De deelnemers zijn hun eigen kok.

‘Inktzwarte magie’… Dat niet alles altijd verloopt volgens de planning wordt vandaag bewezen. Ondergetekende kwijt zich van zijn taak en schiet ruim voldoende eentjes en nulletjes richting zijn ‘digitale rolletje’. Norbert doet dat eveneens, maar dan in Luxemburg. Bij terugkomst wil hij de foto’s van zijn creatieve indrukken op zijn computer zetten, precies zoals hij telkens per dag doet. Maar wat er gebeurt is nog altijd een mysterie, want zodra hij zijn digitale opslagkaart in de card-reader stopt gaat het fout. De boodschap dat de kaart niet is ‘geformateerd’ vervult Norbert het meest met afgrijzen, maar wat er daarna ook geprobeerd wordt, de foto’s blijven spoorloos. Gevreesd wordt een probleem met zijn camera, want tijdens de avondrun weigert ook zijn flitser op onverklaarbare wijze. Het is de reden dat u als lezer geen foto’s van het gebeuren in Luxemburg zult tegenkomen in dit verslag. 

Belangrijke update!

Daags na publicatie van dit verslag krijgen we van Norbert de verheugende mededeling dat hij een klein aantal foto’s heeft weten te redden. Deze heeft hij direct naar terrein.nu opgestuurd zodat je op de volgende twintig foto’s toch nog kunt genieten van de indrukken die Norbert heeft gemaakt van de 4D Challenge in Luxemburg. Wat we hierboven schreven over het bezoek aan Luxemburg omtrent het twintigjarige bestaan van de club wordt door Norbert onderstreept (het ging voor een belangrijk deel om de gezelligheid en contacten leggen), maar ook dat de proeven in Luxemburg niet bijzonder moeilijk zijn geweest volgens de deelnemers (hadden ze beter niet kunnen zeggen zul je verderop lezen).

Boven: De ‘wachttijd’ van je Land Rover tijdens de Trailrun Rotenfels kun je nuttig besteden door er je schoenen op te drogen leggen. Dat moet het wel zijn, want de organisatie van de 4D Challenge mist geen deelnemers…

De Trailrun Rotenfels in detail. De Trailrun Rotenfels begint met een korte rit van een half uurtje naar de startlocatie, een klein stukje door het dorpje Traisen. De bedoeling vanaf het startpunt is een massastart. Stuk voor stuk krijgen ze een lijstje met coördinaten voor negen posten welke ze moeten zien te vinden. Alleen wordt dat lijstje eerst omgekeerd op de motorkappen gelegd en oh wee als je dat om durft te draaien. De deelnemers mogen dat pas doen als het startsignaal gegeven wordt. Om de opgegeven punten te kunnen vinden mogen ze gebruik maken van alles dat ze hebben, zoals GPS, kompas en een landkaart van de omgeving. Ze krijgen ‘slechts’ drie uur de tijd om zoveel mogelijk punten te vinden. Bewust schrijven we ‘slechts drie uur de tijd’, want zou je ze in een normaal wandeltempo willen vinden, dan zul je toch een uurtje of twee tot drie extra moeten uittrekken. De volgorde van het vinden van de punten maakt niet uit, zo  lang je de punch maar voor het juiste vakje van je kaart gebruikt. Drie uur de tijd betekent tevens dat ze uiterlijk om 11.15 terug moeten zijn op de startlocatie. Pas dan komen ze de volgende opdracht te weten die wij hierboven al verklapt hebben: Luxemburg!

Boven: Niet gezien op het kamp van de deelnemers, maar wel op Camping Donnersberg te vinden, deze Land Rover met zeer fraai opgebouwde camper. Eigenaren zijn Janny en Guust van Liere en Guust levert strijd in Team 11, samen met zoon Cor, niet geheel toevallig ook van Liere. De camperopbouw komt overigens van het Franse L’azalai. 

 

Boven: Leuke honden te over tijdens de 4D Challenge. We roepen voor de zekerheid de hulp maar weer eens in van Linda Zantingh van yourdoggy.nl Zij bevestigt ons vermoeden met een Leonberger te maken te hebben. En passant geeft ze ons ook nog de officiële naam van de Bobtail die we in deel 1 voorbij lieten komen. Terug naar deel 1 en dan weet je het!

Boven: Vincent Biermans en Peter Hollebrand (Team 18).

Boven: En hopla, weer een punch!

Enige info over Rotenfels. De Trailrun Rotenfels is, behalve flink inspannend door zijn hoogteverschillen, adembenemend mooi. Rotenfels betekent letterlijk vertaalt uit het Duits ‘Rode Rots’ en het is een berg tussen Bad Münster am Stein-Ebernburg in het westen enerzijds en Rüdesheim in het noorden anderzijds. Deze ‘pukkel’ in het landschap is niet voor niets tot natuurgebied verklaart, want zijn kenmerkende rotswand (1.200 meter lang en 200 meter hoog) met opvallende rode zuidwest-wand is de grootste rotswand tussen de Alpen en Scandinavië. De wand is populair ook bij ervaren klimmers. Het is ook daar waar we vooral de foto’s hebben gemaakt van de deelnemers. Tja, ons werk is niet altijd zo intens inspannend en zenuwslopend…

Boven: Als je heel goed kijkt, het liefst met een knoert van een vergrootglas, dan kun je op het uitkijkpuntje boven de steile wand twee deelnemers van de 4D Challenge zien staan….

Onder: Ongeveer dezelfde foto, maar dan met de weg in het zicht, geeft beter aan hoe hoog Rotenfels is.

Boven: Marieke Zandijk met ‘in de achtervolging’ de andere helft van Team 12, Sander Barends.

  

Geen Vaderlandse Geschiedenis maar een stukje Duitse Geschiedenis, dit in het kader van de Europese Eenwording… Terug van Luxemburg is de pret (of kwelling?) nog niet over voor de deelnemers. Er wacht nog een Nightrun welke eindigt in de ruïnes van een oud kasteel, genaamd ‘Burg Montfort’. De Burcht Montfort ligt iets ten noord-westen van Hallgarten op een heuvel van 280 meter hoogte. Rondom de ruïne bossen en wat landerijen maar weinig bewoning zodat het aardedonker is als de nacht valt. De burcht zou gebouwd zijn voor bewaking in de jaren 1240 door Graaf von Veldenz die Eberhard von Lautern als leenman aanstelt. Tot 1432 blijft de burcht in het bezit van de familie von Lautern, echter vanaf 1247 noemden zij zich von Montfort. In dezelfde vijftiende eeuw krijgt de burcht andere bewoners die van tijd tot tijd het beroep van roofridder uitoefenen. Dat zint de aartsbisschop van Mainz, Diether von Mainz, niet en zijn troepen veroveren, met hulp van keurvorst Friedrich 1. von der Pfalz, de burcht in 1456 om hem vervolgens te reduceren tot ruïne. In 1480 krijgt Simon Boos von Waldeck de burcht als erfstuk, met de belofte dat hij deze weer op zal bouwen. Niet heel vreemd, want zijn familie is al sinds einde veertiende eeuw mede eigenaar van de burcht. Van de wederopbouw is echter nooit wat gekomen.

Onder: Om je een idee te geven dat het echt wel donker is rondom Burg Montfort zie je een team dat aan de overkant van de vallei hun route lopen dan wel rennen, dat konden we niet goed zien vanaf deze afstand… De heel flauw, nauwelijks zichtbare lichte streep op de voorgrond is afkomstig van een pas gemaaid korenveld. Het resterende, inktzwarte deel van de foto is bos zoals je niet kunt zien…

Boven: Kijk, daar zie je een boek staan. Dit is echter wel de achterkant van de opening, met andere woorden, je kunt in deze ruimte alleen vanaf de andere kant naar binnen. En hier op de foto is het nog licht… 

Boven: Bij een oud kasteel hoort natuurlijk  een ‘schone jonkvrouw’ met in haar armen een, wie weet, riddertje Lancelot in spe of anders een moderne Lady Guinevere (de jonkvrouw was al weg voordat we dat konden vragen). Wat niet voorzien was, is dat een groep mensen dit weekend (naar eigen zeggen) de ruïne gehuurd heeft. Die vinden het leuk om van tijd tot tijd te spelen alsof ze nog in de oudheid, zijnde de Middeleeuwen, leven. Ze kleden zich met kleding uit de ridderjaren en bootsen spelen na uit die tijd zoals pijl en boog schieten en met bijlen gooien. Ook eten ze zoals dat toen gedaan werd en daartoe hebben ze een speenvarkentje aan het spit geregen. De LRCH mag er gewoon zijn gang gaan, met uitzondering van enkele ruimtes waar deze mannen en vrouwen hun tenten hebben opgeslagen. Omdat we wat vroeger zijn hebben we ruim de tijd de ruïne nog met daglicht te fotograferen, ook al is het tanend.

De donkere opdracht. De deelnemers vertrekken pas rond elf uur, als de organisatie zeker weet dat het lekker donker is. Wat schetst onze verbazing? Na verloop van tijd komen de eerste deelnemers bij het kasteel aan! Ons inziens een bijna bovenmenselijke prestatie, want het is inmiddels meer dan aardedonker. Maar een klein beetje geluk valt de deelnemers ten deel. De tijdelijke bewoners hebben enkele fakkels aangestoken en die geven de ruïne Montfort een ouderwets, tikje spookachtig aanzicht. De opdracht voor de deelnemers luidt een elftal boeken zien te vinden. Ieder team krijgt een uniek nummer mee. Dat nummer correspondeert met paginanummers in de boeken. Ieder team moet haar pagina’s uit de boek scheuren die ze weten te vinden! Om het niet helemaal onmogelijk te maken hebben ze dicht in de buurt van de boeken een piepklein breeklichtje geplaatst. Hierboven op de foto zie je zo’n breeklichtje. Ze kunnen werkelijk overal liggen; laag maar ook op grotere hoogtes. Kortom, lekker zoeken. De beste tactiek is om je hoofdlampje, of andere lichtbron die je bij je hebt, uit te zetten. Op die manier kun je de breeklichtjes makkelijker vinden. Niet alle deelnemers zijn zo slim en houden hun hoofdlampje aan. Met als gevolg dat het schier onmogelijk wordt die breeklichtjes nog te vinden! Het is al vroeg in de ochtend als de laatste deelnemers de moede hoofden neervlijen in hun tentjes. 

Wat is dat voor een schim? En horen we daar niet het gekletter van zwaarden en het ratelen van een ketting? En dat diepe zuchten? Kwam dat uit de mond van een ontrouwe en daarom ingemetselde jonkvrouw? Je geest slaat al gauw op hol als je in het flikkerende schijnsel van de fakkels tussen de muren van de ruïne doolt. Niet de deelnemers. O nee. Die denken maar aan één ding. Waar hebben ze toch die rot boeken verstopt? 

Boven: Kassa, weer een punch pall voor de ingang van de ruïne. 

Onder: Pagina…, pagina…, even bladeren tot je jouw pagina gevonden hebt.  

 

Ommezwaai? Dat het de vrijdag bijltjesdag is geweest ondervindt met name de fysiotherapeut vroeg in de ochtend van de laatste dag. Die moet ineens op volle toeren draaien. Het doet niets onder aan de geweldige sfeer onder de deelnemers. Die is er van meet af aan, maar toch lijkt zich ook een kentering onder de deelnemers te hebben voldaan. Die heeft zich al eerder op de derde dag aangediend, maar was ons nog niet direct opgevallen. Het is de geweldige teamgeest die nu onder de deelnemers heerst. In beginsel strijden de teams natuurlijk om de hoogste podiumplaatsen, anders zou het geen 4D Challenge heten. Maar van die onderlinge strijd is nu nog maar weinig te merken, in tegendeel. Teams moedigen elkaar juist aan en slaan elkaar op de schouders of vallen elkaar zelfs in de armen na een goede prestatie van om het even welke concurrent. Die podiumplaatsen lijken helemaal niet meer belangrijk! We krijgen sterk de indruk dat alle teams samen spannen tegen ‘de beul die organisatie’ heet. Zo van: “we zitten met zijn allen in hetzelfde schuitje, maar kom maar op jullie met je uitdagingen, ons krijgen jullie niet klein!” Is de reden wellicht dat de 4D Challenge deze editie zwaarder is dan de vorige edities? Wie zal het zeggen, maar die wijsheid hebben we niet zomaar uit onze duim gezogen, echter gevraagd aan de deelnemers. Immers, de helft van de deelnemers zijn ‘oudgedienden’ van de 4D Challenge. De andere helft is nieuw en heeft geen enkel idee over de zwaarte van het evenement; die zijn in de veronderstelling dat deze editie de norm is. We vragen het daarom bewust aan enkele deelnemers die de 4D Challenge eerder beleefden en zij beweren (na afloop) dat deze zwaarder is geweest dan de vorige editie!

Nog drie loodjes te gaan! De laatste dag breekt vroeg aan en dat van die vogeltjes, dat weet je inmiddels wel. Na het ontbijt gaat de ‘Run Bike Run’ van start. De Land Rover mag deze keer blijven staan, want de start is vanaf Camping Donnersberg.  Run Bike Run, het ligt al enigszins in de naam besloten. Met zijn twee op pad met maar één fiets. En nee, die heeft geen bagagedrager om achterop te kunnen zitten. Het betekent dat een teamlid mag rennen en de ander mag fietsen. En omgekeerd als een van de twee het zat is of iet meer kan. Onderweg punten zien te vinden die je als coördinaten meekrijgt. Die punten zijn bordjes met een gegeven streeknummer gevolgd door een uniek nummer. Heb je dat unieke nummer genoteerd, dan weet de organisatie dat je dat punt bereikt hebt.

Boven: Oeps, de ‘vader’ van de Land Rover’s is ook aanwezig….  

Boven en onder: Egon Kooi en Edmond van Schaek Mathon (Team 14). 

Boven: Tilman Riedel van Team 3.

Boven: Nee, nee, het is niet wat je denkt… (kijken of hij nog wel lekt, want als hij stopt met lekken moet er olie bij). Jan-Willem Cleijpool meende een geluidje te horen onder zijn Defender dat hij niet direct kon (en wilde) ’thuis brengen’.

Boven: Het nummer 6313 hebben alle bordjes in deze omgeving. Het nummer 813 is uniek voor deze paal.

Boven: Fred Slings en Caroline Ophof (Team 22).

Onder: Ronald Stolk en Ronald de Boer (Team 10).

Boven: Maurice Sosef en Dennis Bosma (Team 15).

Boven: Frank Regelink en onder Ellen Witten, beiden de hoofdpersonen van Team 4.

Boven: Vincent Biermans en Peter Hollebrand (Team 18).

Boven en onder: Deelnemers komen terug in het kamp van de Run Bike Run.

Voorstellingsvermogen? De tweede uitdaging van deze laatste dag is een trialproef. Deelnemers rijden met hun Land Rover’s naar dezelfde zandafgraving van twee jaar geleden. Voor de ingang worden alle deelnemers opgesteld waarna het in colonne omhoog gaat, richting de ‘off-road arena’. Eerst wordt nog op een apart veldje een groepsfoto gemaakt, echter nu de deelnemers samen met hun Land Rovers. Daarna mogen de ‘offroad gladiatoren’ drie proeven te lijf gaan. Lange proeven en ondanks de tamelijk droge ondergrond behoorlijk pittig. Dat komt omdat diverse deelnemers ‘klaagden’ dat de proeven in Luxemburg te makkelijk waren. “Nou, daar kunnen we wel wat aan doen” oordeelde Erwin ter Riet en zijn ’trawanten’ met wie hij de proeven heeft uitgezet. Oei, dat belooft wat, want wat we nog niet verteld hebben is dat er onder de deelnemers enkele teams zijn die nog geen enkele terrein ervaring hebben! Proef 1 herbergt bijvoorbeeld een gemeen gat rijkelijk gevuld met dikke modder, kort nadat je een korte maar listige beklimming in een soort van Z-vorm achter de rug hebt. De eerste twee deelnemers kunnen dat nog net met niet teveel ‘schade’ (het raken van poortjes) achter zich laten, maar nummer drie die daar wil passeren, Egon Kooi en Edmond van Schaek-Mathon, stranden daar hopeloos met hun Defender Wolf. Het is de tweede keer dat we zien dat ‘de voortgang tijdelijk belemmerd wordt’ bij dit Team 14. Ook deze tweede keer moeten zij uiteindelijk een sleepje van een collega team aanvaarden. We vergeven het de mannen, want later in de middag trakteren zij ons op de allermooiste actie op Proef 3 (verderop vastgelegd). Los van het feit dat Egon en Edmond een flinke klont van de dikke modder meenemen in hun achterwiel, kunnen omstanders ook kennis maken met het feit dat een lange auto voordeel op kan leveren in het terrein. Nummer vier is namelijk een Defender 110 en buiten verwachting van de omstanders rijdt deze ogenschijnlijk tamelijk makkelijk door deze passage. Eerst duwen de achterwielen de voorwielen door het diep uitgesleten gat met modder en vervolgens ’trekken’ de voorwielen, inmiddels op een deel van de proef met voldoende grip, de achterwielen door de prut.

Boven: Enkele ‘kids’ van de Land Rover mannen en vrouwen. Let op de jongeman rechts op de foto en dan met name waarmee hij speelt. Naar verluid is hij ‘het inktzwarte schaap’ van de familie…. Anderen zullen vermoedelijk een standbeeld voor het manneke oprichten… 

Sticker-actie… De uitdagingen op Proef 2 bestaan voornamelijk uit korte maar steile hellingen. Omhoog, omlaag, omhoog, omlaag. Het einde van de proef is van hetzelfde laken een pak. Omlaag en omhoog, maar heel gemeen moet je tussen die twee schuin oversteken. Het gevolg is dat je schuin omhoog moet om de uitgang te bereiken. We kunnen niet overal tegelijk staan, maar ondergetekende ziet hier de mooiste actie van Fred Slinks en Caroline Ophof (foto hieronder). Ze laten zich voorzichtig zakken, sturen behendig schuin richting de beklimming en geven op het juiste moment een flinke straal gas. In een wolk van stof en zand klauteren ze de helling op om voor de official tot stilstand te komen. Daarna mag hij, begeleid door het applaus van een aantal toekijkende teams, rechtsaf de helling van de bult af.  

   

Het voordeel van schrijven… Proef 3 is vooral behendig sturen, met als hoogtepunt een kort maar tamelijk diep gat met waterige modder. De teams mogen kiezen; er door of er omheen. Natuurlijk gaat het gros van de teams de uitdaging aan. En, eerlijk is eerlijk, het gat valt de deelnemers mee, duidelijk hoorbaar in de wijde omgeving door de diepe zuchten van opluchting als ze er door zijn (oké, we dikken het een klein beetje aan om het nóg spannender te maken). In tegenstelling tot de dikke en vette prut van Proef 1 is deze modder dun en waterig. Bovendien is de onzichtbare bodem tamelijk hard. Het levert pracht plaatjes op voor de fotografen met de mooiste actie, als geschreven, van Egon en Edmond op de foto hierboven omdat zij de modder het hoogst de lucht in weten te smijten. Na het gat volgen nog enkele korte bulten en gaten die zorgen voor het ’twisted axles’ effect en daarom het nodige ‘stof doen opwaaien. Het sluitstuk is een steile afdaling die nog wel het nodige stuurwerk vergt omdat je daarop schuin komt aanrijden.

De laatste ‘marteling’. Nog één taak wacht de deelnemers aan de 4D Challenge en deze vindt opnieuw plaats op en om Camping Donnersberg. En het is niet de lichtste taak mocht je dat denken. Het begint met hardlopen met aansluitend een dikke boomstam met een bijl door midden hakken. Ieder lid van het team mag vervolgens met een helft boomstam op zijn of haar schouder of onder zijn of haar arm nog een stuk rennen. Is dat achter de rug, dan de grote vijver in van de camping. Rechts in het ondiepe deel mogen ze dan een extra rondje om het eiland lopen, nog altijd zeulend met die halve boomstam. Dan hup naar de oever; zijn ze aldaar eindelijk verlost van die boomstam. Even verder mogen ze dan het diepe deel van de vijver in. Zwemmen richting een groot kussen. Voor dat kussen hangen een dik klimtouw en een laddertje aan een kabel die over de vijver is gespannen. Daar moeten ze overheen, met behulp van dat laddertje en touw, om vervolgens op het kussen uit te komen. Het is al pittig om te beschrijven, maar naar het oordeel van de organisatie nog niet pittig genoeg. Daarom staat er aan de oever een serieuze pomp die een ferme straal water op de deelnemers loslaat terwijl ze pogen over die kabel te klauteren. Enfin, als ze dan eindelijk het kussen bereiken mogen ze opnieuw het water in om zwemmend de oever te bereiken. Daarna is het nog een klein stukje rennen naar de verlossende finish, alwaar ze juichend opgewacht worden door familie, vrienden en steeds meer teams die de finish eveneens gehaald hebben.

Boven: Loes Frings, Team 21.

Boven: Angelina van der Maas (Team 16).

Onder: Paul van der Pol (Team 3).

Boven: Steven Hoftijzer en Jeroen Haank (Team 5).

Boven: André Gorter (Team 17).

Onder: Vincent Biermans (R) en Peter Hollebrand.

Boven: Maurice Sosef (Team 15).

Slot. Het duurt nog even voor de uitslagen allemaal verwerkt zijn, maar al snel volgt dan de prijsuitreiking. Op de foto boven kun je ze toejuichen met op de derde plek Team 15 (Maurice Sosef en Dennis Bosma). Op plaats 2 is geëindigd Team 17 (Ido Jansen en André Gorter) en de hoogste podiumplaats is bereikt door Team 18, zijnde Vincent Biermans en Peter Hollebrand. Opvallend, want deze mannen hadden bijvoorbeeld nog geen enkele terrein ervaring. Hieronder zie je Team 20, Arie van Wijngaarden en Kim van Wijk, want die winnen de eervolle Fairplay prijs. Aansluitend aan de prijsuitreiking is er een dijk van een BBQ met feestavond. Uhhh, die gaan we niet meer uitleggen, maar geloof maar dat die een daverend succes is geworden en pas eindigde in de kleine uurtjes. Daarna hebben een stuk of twintig teams geslapen als marmotten…. Wij van terrein.nu danken de deelnemers voor de prachtige beelden die ze ons hebben geschonken maar bovenal de organisatie van de 4D Challenge voor het mogen meemaken van dit fantastische evenement. We zullen het koesteren in onze herinnering, in afwachting van de vierde 4D Challenge naar we hopen…  

Fotografie: Norbert Duivelshoff en Martin Brink. Tekst: Martin Brink.

 

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.