We schrijven 10 maart van dit nog relatieve jonge jaar 2024 en we (zijnde Ad Woolthuis en ‘story teller’ dezes) zijn op weg naar Weert alwaar de JCN haar maandelijkse off-road pret gepland heeft. Het weer ziet er vrij aardig uit en dat is best opvallend met de ‘overvloedig klotsende nattigheid’ van de laatste tijd in het achterhoofd. Het is in ieder geval droog met zo nu en dan een bij voorbaat mislukte poging van de ster die het dichtst bij onze aarde staat, ‘bijgenaamd’ de zon. Een tamelijk hardnekkige deken van wolken belet ons gloeiende bolletje namelijk de aarde met haar stralen te geselen c.q. op te warmen. Enfin, conform onze planning, maar desondanks een pietsje later dan de aanvang van de off-road pret van de JCN, arriveren we op het inmiddels toch wel bekende off-road terrein aan de Schoordijk in Weert, alwaar Jeroen de Waal het terrein beheert. Vriend en collega Peter is ons luttele seconden voor en staat juist zijn pershesje, gesponsord door Allroad Events (mag wel even gezegd worden) aan te trekken.
Stapsgewijze evolutie. Het welkom is als gewoonlijk kenmerkend JCN: verse, hete koffie welke we zelf in een beker kunnen gieten en naar behoefte kunnen voorzien van suiker en/of koffiemelk. Prima maar leuker is dan het even gezellig bijkletsen met de JCN organisatie. Die weet ons te vertellen dat het voor Jeep begrippen niet heel druk is. Pakweg een goede dertig leden en aspirant leden hebben zich aangemeld op het plaats ‘delict’ in Weert. Dat is niet heel veel voor de JCN. De vraag rijst of de leden wellicht te veel ‘verwend’ zijn met de evenementen die de JCN organiseert? Een tikje onwaarschijnlijk, maar dan blijft overeind dat het op de meeste evenementen van de JCN een stuk drukker is. We vermoeden dat het formaat van het terrein een rol speelt maar meer nog de vorm en indeling. Het terrein in het Limburgse Weert is inderdaad niet heel groot, maar met name het eerste deel is tevens niet erg breed. Pakweg tot zo’n vijftig deelnemende auto’s is dat geen onoverkomelijk probleem en prima, maar boven dat aantal kan het wat lastiger worden, mede omdat er in dat eerste deel ook enkele pittige uitdagingen liggen. Kijk je wat verder dan je reukorgaan lang is, dan blijkt dat je het terrein toch wat tekort doet. Het tweede, achterste deel als we dat zo mogen noemen, biedt veel meer ruimte. Bovendien heeft Jeroen daar inmiddels ook al enkele leuke uitdagingen weten te ‘boetseren’. In feite is het terrein nog gewoon in ontwikkeling zou je kunnen zeggen. Met andere woorden, het terrein wordt leuker en leuker, op plekken uitdagender en biedt iedere off-road liefhebber wel wat naar diens gading.
Babylonische Spraakverwarring? Een bescheiden opkomst heeft ook een voordeel (uhh, waar hebben we zoiets eerder gehoord?). Het komt de onderlinge kameraadschap en sfeer duidelijk ten goede. Bij een grote opkomst zien we vooral kleinere groepjes ontstaan die vervolgens met elkaar optrekken. Per groepje is dat ontegenzeglijk hartstikke leuk. Dat is vandaag bij de JCN echter niet aan de orde. Het is één grote vriendengroep. We hebben een aversie tegen het woord ‘gezellig’ omdat het door velen te pas en te onpas gezegd dan wel gebruikt wordt, maar in dit uitzonderingsgeval noemen we het vandaag ‘beregezellig’. En inderdaad willen we commentaar voor zijn; vooral ‘oude, verstokte’ off-road liefhebbers weten dat die uitdrukking ‘principieel’ bij de Stg. Jeebee hoort (JeeBee is namelijk een fonetische samentrekking van de ‘J’ en de ‘B’ hetgeen staat voor Joke’s Baggerberen), maar een betere omschrijving schiet ons niet zo gauw te binnen. Soms wil je ook helemaal niet aan de taal sleutelen als iets goed weergegeven wordt.
Een off-road vorm van status quo. Zodra we het terrein opwandelen kunnen we zien dat er weinig veranderd is sinds terrein.nu er kortgeleden ook was met 4×4 Limburg. Het is op het eerste oog nog even nat en zompig als toen. Verschillende kuilen en de ter plekke allergrootste ‘uitstulping’ in moeder aarde zijn stuk voor stuk nog net zo vol met water als enkele weken geleden. Sporen en delen van de doorgaande route zijn nog even modderig. Sterker, het lijkt er zelfs op dat ze een stukje pittiger geworden zijn, hetgeen ze ook daadwerkelijk zijn zien we al snel. Linten geven aan waar wel en niet gereden kan worden terwijl de gebruikelijke gekleurde pijlen de zwaarte van de uitdagingen aangeven. Alleen groene pijlen, een JCN unicum, hebben we niet gezien, welke een route aan zouden geven die te rijden is voor Jeep’s met aandrijving op slechts twee wielen.
Populair: in de Jeep class… Jazeker, er is ook een Academy vandaag en dan kunnen onervaren deelnemers met een ervaren JCN lid het terrein in. En veel Jeepers zullen de rood-zwarte Jeep Cherokee XJ inmiddels wel kennen, want het is Stephen Troost die een aantal aspirant Jeepers de edele beginselen van het terrein rijden bij tracht te brengen. Kun je rustig aan Stephen overlaten, want hij is één van de meest trouwe ‘leraren’ binnen de JCN.
Boven: Begint toch een serieus ‘collector’s item’ te worden in de Jeep wereld, de Golden Eagle. Het best herkenbaar aan de grote adelaar op de motorkap kon deze uitvoering geleverd worden voor de CJ-5 en de CJ-7. De Golden Eagle was leverbaar tussen 1977 en 1983, maar zijn exclusiviteit heeft hij te danken aan het feit dat er maar een beperkt aantal zijn gemaakt. Maar nu komt het, hoeveel er precies gemaakt zijn is niet bekend en dat geldt ook voor de nog zeldzamere Golden Hawk uitvoering.
Boven: De JCN heeft rond het middaguur voor prima catering gezorgd en met niet al te hoge temperaturen vindt een warme hap natuurlijk gretig aftrek.
Boven: Kijk nou, het lijkt er sterk op dat een Jeeper zijn hersens in deze boom zijn blijven hangen…
Boven: Een ‘onderonsje’ op hoog niveau.
Boven: Daar houden we van, doorkijkjes die je de illusie geven in ’the middle of nowhere’ op ontdekkingsreis te zijn. Zal ongetwijfeld te maken hebben met onze ‘allergie’ voor asfalt.
Boven: Een leuke hond in de vorm van een Schotse Collie. Op de boom links een voorbeeld van de gekleurde pijlen die de JCN hanteert bij de onverharde uitdagingen op het terrein.
Boven en onder: Stephen Troost laat eerst even zien dat het kan en hoe dat moet, waarna de Academy deelnemer het kunstje na mag (proberen te) doen.
Boven: Zwart, en dan is het oppassen geblazen…
Boven: De zwaarte van het terrein valt deels op te maken uit hoe vaak een liertouw of kabel uitgerold wordt. We zien het meer dan eens vandaag en dat zegt genoeg. Het drukt de pret niet, in tegendeel.
Boven en onder: Een houten aandrijfas? Niet echt, maar een leuke woordspeling van meneer Tom Wood die dus aandrijfassen voor onder andere 4×4 voertuigen fabriceert. Je kunt niet ontkennen dat Jeep vaak leuke gadgets op haar auto’s loslaat zoals dit Jeepje in het wiel onder (velg in de volksmond).
Boven: Veelzeggende sticker die toepasselijk is op alle benzinekleppen van Jeep’s, want dat ze uitblinken in een zuinig verbruik is een tikje overdreven.
Boven: Regelmatig zien we Jeeps stiekem een pootje de lucht in steken. Fotografen smullen daar van.
Boven: Nee hoor, niets aan de hand. Gewoon even kijken waarom-ie het zo goed doet…
Boven en vier keer onder: Ervaren off-roaders weten hoe belangrijk de bijrijder c.q. co-piloot is als off-road gereden wordt. We maken er op onze bezoeken aan evenementen nog wel eens gekheid over, vooral als een passagier naast de bestuurder stug in de auto blijft zitten in geval de voortgang tijdelijk wordt belemmerd. Vooral hilarisch als die stilstand in een lekkere vette modderplas gebeurt. De regel bij de opvolgende reddingsoperatie is dat de bestuurder in de auto onvoorwaardelijk de aanwijzingen van de bijrijder buiten de auto opvolgt. Maar wat te doen als je plotseling drie bijrijders hebt? Dat zou niet zo boeiend zijn als alle drie de co-piloten dezelfde aanwijzingen aan de chauffeur geven. Peter Bouwmans weet op magistrale wijze met zijn camera vast te leggen hoe de aanwijzingen van drie ‘ongetwijfeld goedbedoelende bijrijders’ zeer vermoedelijk toch tot enige verwarring kunnen leiden bij de Belgische chauffeur….
Het onvermijdelijke slot. We beleven een heerlijk dagje off-road plezier met de Jeepers en niet alleen wij hebben genoten. Verschillende Jeepers lijken er geen genoeg van te krijgen. Enkele Jeepers zien we voor de klok van vier in de middag, het gebruikelijke einde van een off-road evenement dat de meeste 4×4 clubs en verenigingen hanteren, vertrekken richting huis, maar een even groot aantal moet je bij wijze van spreken het terrein uit meppen. Je kunt dat zien als het onomstotelijke bewijs dat de organisatie terug mag kijken op een geslaagde off-road dag.
Fotografie: Ad Woolthuis, Peter Bouwmans (Peerke’s 4×4 Uitjes) en Martin Brink. Tekst: Martin Brink.
Weer kei leuke foto’s 👍🏻😁
Weer een heel leuk verslag met enorm leuke foto’s!
Leuk verslag van een geslaagde dag!!
ik wil ook eens op de fotos te zien zijn plssss