Nat onheil. Dat klinkt wellicht wat al te dramatisch, echter niet minder waar. Als de organisatie van de Jeep Club Nederland (JCN) op zaterdag enkele proeven gaat uitzetten worden ze overvallen door een aantal flinke regenbuien. En waar zijn ze op dat moment? Yep, op het terrein van geitenboer Wim (Bernts) in Wamel. En voor wie tijdens de aardrijkskundelessen op school toevallig heel even niet heeft opgelet: Wamel ligt tussen Neerlands grote rivieren de Waal en de Maas. In de oudheid, toen we nog geen rivierdijken hadden aangelegd, voerden die twee grote jongens ieder jaar rivierslib mee vanuit vooral Duitsland en Frankrijk richting ons vlakke landje. En hoe vlakker het land, hoe trager en breder rivieren stromen, waarbij ook het meegevoerde slib makkelijker blijft liggen op het land naast de rivieren in geval van hoog water (regen- of smeltwater). Dat slib noemen we rivierklei en dat spul heeft een onhebbelijke gewoonte die we bij mensen ‘schizofrenie’ noemen. En dan schizofrenie in zijn meest verschrikkelijke vorm… Precies, een soort Dr. Jekyll & Mr. Hyde schizofrenie…
De schizofrenie uitgelegd. Is het spul, die rivierklei droog, dan kunnen we er stenen van bakken of aardewerk. Is datzelfde spul echter nat, dan is er geen land mee te bezeilen. Ligt het onder je voeten of wielen, dan is het spek- en spekglad. Gewoon lopen wordt al gauw een levensgevaarlijke onderneming en dan waardeer je het enorm dat je niet op de fiets gekomen bent maar met je trouwe vierwieler. Bovendien een vierwieler waarvan alle wielen worden aangedreven. De verschillen begrijp je het best met een voorbeeld uit de praktijk en dan niet met als voorbeeld je 4×4 Jeep. De gladde uitvoering smeert wat makkelijker uit in geval van een gewenst ‘moddermasker’… Doe hetzelfde daarna eens met die keiharde droge vorm… Probeer dat niet thuis, zouden we willen zeggen… Doe je het toch: bij deze is uw scribent op geen enkele manier verantwoordelijk!
De soep wordt nooit zo heet gegeten als…. Het is niet alleen de modder die op deze Jeep Academy van de JCN een dimensie toevoegt aan de off-road pret. Nee hoor, in ruime mate is ook aanwezig gras, riet en andere soorten van vegetatie die gemiddeld van knie tot borsthoogte reikt en de ondergrond vrijwel op het hele terrein aan het oog onttrekt. Ook dat geeft weer een extra stukje spanning tijdens de off-road pret. Tenminste, bij die-hard off-roaders die het terrein kennen en weten dat er nergens tussen de bomen een metersdiepe modderkuil of verdwaalde ‘sink-hole’ verborgen ligt. Een aspirant off-roader krijgt wellicht hartkloppingen bij het zien van het ‘oerwoud’ dat Wamel heet. Maar gelukkig zijn daar de ervaren Marchals (officials) van de JCN die nieuwelingen niet alleen met welgemeende raad maar ook zo nodig met daad bijstaan. Maar eerlijk is eerlijk, we omschrijven nu vooral de zaterdag en de vroege zondagmorgen. De feitelijke Academy is op zondag en dan is de bodemgesteldheid inmiddels wat opgedroogd. Okay, okay, er blijven nog een aantal plekken die knap lastig zijn, maar er zijn voldoende plekken redelijk goed begaanbaar. Dit in geval je ‘geen off-road minnende’ off-road liefhebber bent… Kijk, zelfs wij kunnen zo nu en dan van het pad af raken…
Boven: Stefan Bastiaans.
Boven en onder: Bas Sleijster.
Fantasie neemt de ‘vrijloop’. Na de traditionele briefing van voorzitter Frank Eijk gaan een slordige 35 Jeeps het hierboven omschreven terrein in. De eerste Jeeper die een uitgezette proef gaat rijden moet zich letterlijk en figuurlijk een weg banen door de hoge vegetatie en laat daarmee een spoor van platgereden groen achter. Kijk, dat scheelt een volgende rijder, want die ziet dat er geen modderkuil, sink-hole of levensgevaarlijk nest met cobra’s ligt te kronkelen met de karakteristieke koppen omhoog en klaar voor de aanval. Nee, eenmaal plat gereden wordt het al een stuk makkelijker voor een volgende deelnemer om zijn of haar weg te vinden.
Boven: Topfotograaf Stephen Troost weet niet alleen hoe een camera te bedienen.
Geniepig? Niet heel verwonderlijk komen we enkele Jeep Club leden tegen die we inmiddels goed kennen, zoals Kristine Nuijens en Bart Versteeg (foto hier boven). Kristine heeft inmiddels het onverhard en offroad rijden al aardig onder de knie en heeft Bart vandaag tot bijrijder gebombardeerd. Bart wijt dit aan het feit dat hij niet met zijn eigen Jeep is gekomen maar ondergetekende weet dat dit vorkje anders in de steel steekt. De nieuwe lierhandschoenen van Bart zien er na enkele uren ernstig ‘misbruikt’ uit. Dat is op zijn minst verdacht. Buit Kristine haar machtspositie soms uit?
Hoe komen we aan deze wijsheid? Ondergetekende arriveert pas om half een in de middag en kan het genoemde scenario absoluut niet met eigen ogen gezien hebben. Als hij arriveert ligt namelijk vrijwel alle vegetatie al plat. Neen, dit hebben we uit de tweede hand. Een van de Marchals is zo vriendelijk mij even bij te praten over wat er zoal heeft plaatsgevonden tijdens mijn noodzakelijke afwezigheid. En nee, ik was niet te laat door verslapen, pech of een stommiteit, maar had in de ochtenduren andere zaken op mijn programma staan. Na de lunch, als gewoonlijk verzorgd door de vaste cateraar uit Kerkdriel, zwermen de Jeepers groepsgewijs opnieuw uit over het terrein. Iedere groep heeft de beschikking over een Marchal die, dankzij zijn gedegen kennis betreffende de verschillende Jeeps en eigen offroad ervaring, iedere deelnemer min of meer persoonlijk begeleid en zorg draagt voor veilig en schadeloos rijden in het terrein.
Boven: De concurrentie onder fotografen blijft vooralsnog ‘moordend’…
Boven: Nogmaals Kristine Nuijens, met naast haar een uitgetelde Bart Versteeg…?
Heerlijke verrassing. Een aardige dame in een Grand Cherokee, nauwelijks een uurtje terug het nieuwste lid geworden van de JCN, wordt door Stephen Troost wegwijs gemaakt. Alhoewel, ‘wegwijs’ is een wat ongelukkige uitdrukking off-road, dus houden we het er liever op dat Stephen haar ‘de beginselen van de edele kunst van het terreinrijden’ tracht bij te brengen. Haar reacties inschattend heeft zij nog niet erg vaak onverhard gereden. Het nemen van een bult in het terrein doet zij dan ook met een gezicht waarvan overduidelijk grote twijfel valt af te lezen. Bemoedigende woorden van Stephen nemen de spanning weg en doen haar tenslotte besluiten het toch maar te proberen. En ja hoor, met succes! Ogenschijnlijk moeiteloos stuurt zij haar Grand over de hobbel en rijdt ze de proef uit. Duidelijk weer zo’n geval waar de chauffeur, in dit geval chauffeuse, tot haar stomme verbazing ontdekt dat de auto véél meer kan dan zij ooit voor mogelijk had gehouden.
Logische verklaringen. Op verschillende hindernissen van proeven zie je dat deelnemers stapje voor stapje verder durven gaan. Het vertrouwen in eigen kunnen groeit naarmate de dag vordert en houdt gelijke tred met het lef, want dat groeit net zo hard mee weten doorgewinterde off-roaders al jaren. Rond een uur of drie zien we enkele deelnemers druk doende met het afspuiten van de Jeep, waaronder onze oosterbuur Helmut Roidl. Zijn vrouw Simone is vandaag niet van de partij. Het waarom niet, hebben we niet kunnen vragen omdat ze er niet was… Ik besluit niet veel later ook de Academy te verlaten. Het is immers mijn eerste vakantiedag en heb derhalve nog genoeg te doen, zoals de auto inpakken, proviand inslaan, etc. Ik verheug me nu al op die vakantie. Niet meer in een te kleine iglo als in voorgaande jaren, maar met een luxe slaapplaats boven op de auto!
Fotografie: Jan Houtkoop. Tekst: Jan Houtkoop m.m.v. Martin Brink.