Voor weinigen is het weggelegd, van hun hobby hun werk maken. Dat betekent niet dat je geen plezier in je werk kunt of mag hebben als jouw werkzaamheden niet direct je hobby zijn. Er is nog een derde optie, fenomeen zo je wilt. Je hebt plezier in je werk en dan krijg je na een aantal jaren een hobby. Dat zegt nog niks, totdat je weer een paar jaar later ontdekt dat die hobby je werk nog veel leuker maakt. Zo leuk dat je er voortaan een hobby bij hebt!
Boven: Een kijkje in de werkplaats van MM & Montage.
Onderwerp of lijdend voorwerp? Wat wil je dan nog meer, zul je nu denken. De hoofdpersoon in dit verhaal weet het waarschijnlijk wel is ons vermoeden als we, onder het genot van een kop koffie en een punt taart, met hem in gesprek gaan. “Dat er meer uren in een dag zitten”, wordt weliswaar niet expliciet door Michael Meijer uitgesproken, maar tot die conclusie komen we na afloop van het gesprek als we vanuit Zaandam op weg naar thuis alles rustig in onze geest laten bezinken. Michael Meijer kennen we al een aantal jaren als Jeeper en lid van de Jeep Club Nederland. Michael telt op het moment van schrijven 53 lentes en is al jaren getrouwd met zijn grote liefde Linda. Die liefde is ook niet aan de Burgerlijke Stand voorbij gegaan, want daar staan inmiddels drie extra personen ‘bijgeschreven op rekening van’ Michael en Linda (Mike, Mark en Marcha).
Boven en onder: De Jeep TJ gaat ‘ont(k)leed’ worden.
Achtergrond. Michael is lasser van beroep en werkt eerst een aantal jaren voor een uitzendbureau alvorens hij in 1999 start met zijn bedrijf Meijer Metaal en Montage (MM Montage).Hij heeft inmiddels vrijwel alle las diploma’s die er zijn behaald en mag zijn bedrijf dan ook de titel meegeven van ‘gecertificeerd lasbedrijf’. Niet alleen om ijzer ‘aan elkaar te bakken’ kun je bij Michael terecht maar ook aluminium, RVS en zelfs voor het lassen van kunststof is hij gecertificeerd, ook al doet hij die laatste niet heel graag. Hij heeft zich al jaren vooral gespecialiseerd in het lassen van RVS, met name in leidingwerk voor de Petrochemie en de voedingsindustrie.
Spijt als haren op zijn hoofd…? We praten ergens over 2007-2008, heel precies weet Michael het niet meer, als hij een oude Jeep Cherokee XJ met een tot 300 pk opgepepte motor aanschaft. De auto is nog wel APK waardig, maar zijn beste jaren liggen inmiddels achter de auto. Hij gebruikt de auto puur om off-road te gaan rijden. Rond dezelfde tijd schaft hij ook een nieuwe Jeep Patriot aan. Met net 200 km. op de teller gaat hij naar een off-road evenement op het strand van Wijk aan Zee. Het evenement wordt georganiseerd door de Jeep Club Nederland (JCN) en het bevalt Michael en Linda zo goed dat ze gelijk lid worden van de club. Pakweg anderhalf jaar later geeft de dynamo van de Cherokee het op. Michael weet ‘de weg’ nog niet in Jeep land en verkoopt de Cherokee dan maar. Tot op de dag van vandaag heeft hij daar spijt van als haren op zijn hoofd…
Geheugenwerk. De Jeep Patriot ‘resideert’ minder lang in huize Meijer, want na pakweg twee jaar moet hij het veld ruimen voor een Volvo V70. Gelukkig blijft het off-the-road vuurtje wel smeulen bij Michael, Linda en de koters. Opnieuw moet Michael even in zijn geheugen graven voor de Jeep Wrangler YJ die ze in 2010 of 2011 aanschaffen. Wel herinnert hij zich feilloos dat “hij van 1988 is, nog uitgerust is met de 4,2 liter motor en dat deze af fabriek geleverd werden met een gegalvaniseerd chassis”. Verstokte Jeeper liefhebbers weten dat de eerste Wranglers inderdaad nog voorzien zijn van de ‘oude 4,2 liter motor alvorens deze al snel daarna vervangen wordt door de 4,0 liter motor. Minder bekend is dat ergens in 1988 de chassis’ alleen nog maar gecoat worden. De Wrangler wordt deels uit elkaar gehaald om de assen onder de bladveren te hangen in plaats van af fabriek op de bladveren (in ‘vakjargon’ spoa genoemd, wat staat voor het Engelse ‘spring over axle’). Het project strandt echter en wordt nooit afgemaakt. De Jeep staat ergens in een hoekje weggedrukt en wordt enkele jaren later van lieverlee maar verkocht.
Boven: Met een speciale diktemeter meet Michael de dikte van het (zuivere) metaal. Wat de diktemeter echter niet meet is de roest, ook niet die zich zo mogelijk aan de binnenkant van de kokerbalk bevindt. Weet je de oorspronkelijke dikte van het metaal, dan geeft de meter dus een exacte indicatie van niet alleen het ‘gezonde’ metaal, maar ook van de dikte van de laag roest. Is de laag roest te dik, dan kun je de zaak beter gelijk aanpakken. Je wordt immers niet vrolijk als je de auto helemaal opgebouwd hebt en er enkele maanden later een gat valt op een plaats net even verder naast een plek die je gerestaureerd hebt.
Boven: Lassen, lassen en lassen kost de nodige tijd.
Onder: Terug van het galvanische bedrijf.
Van het een komt onvermijdelijk het ander. Een Jeep Cherokee diesel wordt als bedrijfsauto aangeschaft. Die wordt off-the-road uiteraard ‘grondig’ getest. Als de bumpers een keer het onderspit delven oppert Linda of het niet verstandig is om er wellicht een Jeep bij te kopen omdat het anders wel erg duur wordt. Dus wordt er een Jeep YJ aangeschaft met daarin een motor en versnellingsbak van een Jeep Cherokee. Ook deze blijft niet heel lang bij Michael om plaats te maken voor een Jeep Wrangler TJ uit 1998 met de zescilinder lijnmotor. Bij de aankoop weet Michael dat de auto niet meer in top conditie verkeerd qua plaatwerk. Toch rijdt hij er een tijdje met veel plezier in rond. Maar er komt ook een tijd dat hij de TJ aan een grondig onderzoek onderwerpt. Een gaatje vergt nader onderzoek en weinig later ligt de TJ grotendeels uit elkaar. De conditie van de TJ blijkt slechter dan een eerste aanblik heeft doen vermoeden, althans, naar de zin van Michael. We praten inmiddels 2018 en dan begint Michael met hulp van zoon Mike aan de restauratie van de TJ. Het betreft voornamelijk de restauratie van het plaatwerk en het chassis. De slechte delen volledig er uit slijpen en nieuwe stukken er in lassen zijn weliswaar makkelijk geschreven maar in de praktijk vergt het kunde en tijd. Dat enig profijt van zijn skills (vaardigheden) op het gebied van lassen nu goed van pas komen is een ‘understatement’. Wat helpt is dat Michael al eerder het nodige laswerk gedaan heeft aan de YJ, dus enige ervaring kan hem niet ontzegd worden. Een goed voorbeeld is het lassen aan het plaatwerk, want dat wordt gedaan middels CuSi-3 lassen. Nu vraag je je natuurlijk af wat CuSi-3 lassen is. Op het internet kun je uitgebreide informatie daarover vinden maar in het kort is het Mig lassen (tegen solderen aan) met een koper-silicium legering in plaats van staal. Dit koper-silicium heeft een lager smeltpunt met als gevolg een hogere voortloopsnelheid en daardoor tevens minder hitte input. Minder hitte in het plaatwerk vertaalt zich weer naar minder kromtrekken van het plaatwerk. In de auto industrie wordt dit proces veelvuldig toegepast, met name ook op moeilijker verbindingen. Voeg bij dat alles ook nog eens de aanschaf van een zetbank en het valt niet moeilijk te begrijpen dat de restauratie inderdaad flink tijd kost (pakweg vier maanden in de avond uren), maar dat het eindresultaat er mag wezen. In feite is het plaatwerk en het chassis na gedane arbeid niet meer van nieuw te onderscheiden. Het wordt zelfs beter dan af fabriek omdat hij het chassis (volbad) laat galvaniseren zodat ook de binnenzijde van de kokerbalken een beschermlaag tegen corrosie krijgen.
Boven en onder: Het gegalvaniseerde chassis krijgt een zwarte afwerking (poeder coating).
Boven: Het ‘borstelen’ (polijsten) van RVS, in dit geval het laatste stuk van de uitlaat. Op de foto hieronder zie je dat stukje uitlaat parmantig naar buiten steken.
Boven en onder: Zowel de voor- als achterbumper worden gegalvaniseerd waarna ze van een zwarte poedercoating worden voorzien.
Boven: Alvorens naar de spuiter wordt de binnenzijde van de TJ behandeld.
Onder: De carrosserie terug van de spuiter.
Only Jeep of…? Het werken aan auto’s bevalt Michael als afwisseling erg goed. Zo goed dat hij er nu min of meer een hobby bij heeft. Meerdere ‘Jeep klussen’ mag hij al op zijn naam schrijven en ook een grote lokale Jeep dealer weet hem inmiddels regelmatig te vinden. ‘Meerdere keren aan Jeeps gewerkt’ betekent niet dat hij andere (4×4) auto’s zou weigeren. Niets is minder waar, maar wel is waar dat hij aangaande Jeeps inmiddels behoorlijk wat ervaring op heeft gedaan. Hij weet ook ’tamelijk goed’ (lees: haarfijn) waar de zwakke plekken zitten bij de Jeeps. Andere auto’s zijn echter ook geen probleem. “Zelfs Land Rover’s niet”?, vragen we ‘Jeeper Michael’ terloops, waarbij we maar nauwelijks een grijns kunnen onderdrukken. Veel off-roaders weten vast wel dat Land Rover en Jeep eigenaren over en weer elkaar nog wel eens willen plagen, maar ook het feit dat Land Rover’s veel gebruik maken van aluminium plaatwerk speelt mee in ons achterhoofd. Zonder te verblikken of te verblozen schudt Michael nee met zijn hoofd en, beseffen we zodra we de vraag stelden, dat aluminium zal geen probleem zijn met al zijn las diploma’s. Maar goed dus dat we die vraag niet gesteld hebben…
Boven: In de opbouwfase.
Onder: Nog even een detail foto van de onderzijde van de carrosserie.
Boven: Aan de motor hoeft maar weinig te gebeuren. Wel krijgt hij een grondige schoonmaakbeurt.
Boven: Bijna klaar! Let op de RVS voorbumper voorzien van een zwarte poedercoating met daarin verwerkt zijn bedrijfslogo. Of zijn het gewoon zijn initialen…?
Boven: Net gerestaureerd en de meesten worden dan heel zuinig op hun off-roader. Michael denkt andersom. De auto is nu immers goed behandeld tegen zware en met name vochtige invloeden van buitenaf. Invloeden hebben we het dan over die normaal een desastreuze, roestige uitwerking hebben op de metalen delen van een auto. Die maken voorlopig geen kans op zijn TJ.
Onder: Vrouwlief Linda heeft ook een Jeep en wel een prachtig blauw gespoten Nekaf M38A1. Niet heel lang geleden heeft ze echter op de kant gelegen met haar ‘Blue Man’. Ze wil en durft er daarom niet meer in te rijden en om die reden is de auto te koop. Let wel, mocht je interesse hebben, de auto heeft lichte plaatschade aan de rechterkant.
Onder: De altijd goedlachse Michael Meijer ‘(heus, we kennen hem niet anders!) voor zijn Jeep TJ. Na de restauratie noemt Michael zijn Jeep TJ op de motorkap ‘Simply Red’ (vrij vertaald: gewoon rood). Dat heeft namelijk alleen betrekking op de kleur van de auto. Voor het echter zover was dat de auto ‘Simply Red’ kon worden gespoten….. Dat alles past, ‘Very Simple’, bij lange na niet op de motorkap….
Ter info: Meer weten of je bent op zoek naar een gecertificeerde lasser? Klik op de advertentie van MM & Montage en je komt op Michael Meijer zijn site met daarop niet alleen meer over zijn bedrijf, maar ook alle contactgegevens.
leuk en goed geschreven Martin.
bedankt.
Klasse stuk over een klasbak! Hier durf je je jeep met alle vertrouwen achter te laten
Top 👍🏻😃
Mooi verhaal Martin van top mensen die hun vak verstaan .
Niets dan lof over vader en zoon Meijer! Verdiend ook! Tijdens een onstuimig DJC, waar de achteras finaal afscheurde, de volgende morgen de auto weer gewoon gereed gekregen voor de MudCup. Later alles grondig aangepakt in hun werkplaats. Daar hebben ze mijn TJ ook maar gelijk miniscuul nagelopen (de bewuste meter in het stuk) en de slechte stukken vervangen. En de TJ’s zijn er berucht om. Voorkomt een hoop ellende achteraf. Maar het liefste kom ik ze tegen in het tegen in het terrein; gaan geen uitdaging uit de weg en altijd de eerste om “gestrande” Jeepers te helpen. Werkelijk DieHard Jeepers met een groot kloppend hart. Het adres voor je Jeep!