Neem ons de aanhef van het verslag niet kwalijk beste lezer, maar om de een of andere duistere reden (en ons nog altijd een raadsel) denken we bij de maand augustus steevast aan de eerste keizer van het Romeinse Rijk, die als Gaius Octavius geboren wordt, maar zich na 27 voor Christus Augustus gaat noemen (letterlijk ‘de verhevene’). Opvallend ook, want alle maanden van het jaar hebben we immers overgenomen van de Romeinen, die zij op hun beurt hebben genoemd naar goden, keizers en getallen. Onder hen bijvoorbeeld ook de veel bekendere Gaius Julius Ceasar die in 44 voor Christus zijn geboortemaand (juli) naar zichzelf noemt. Waarom dan niet aan Julius Ceasar als eerste gedacht, maar wel aan zijn achterneef Augustus? De menselijk geest blijft duister zullen we maar denken…
Eerst zien, dan geloven… Het is bijna vaste prik tijdens de heenreizen naar de evenementen die we bezoeken, die ‘dwalende gedachten’ van onze menselijke geest die soms wel, maar net zo vaak niets met het 4×4 en off-road te maken hebben. Enfin, genoeg gezwetst, want vandaag 2 augustus stappen we ruim op tijd in de auto en draaien we het stuurwiel, we hebben nog geen zelf rijdende auto, richting de Landsard. We nemen aan dat we niet meer hoeven te vertellen dat de Landsard nabij Airport Eindhoven ligt en we doen dat dan ook niet…. De heenreis verloopt voorspoedig, ook al is dat met een licht gevoel van onbehagen. Reden zijn de zo nu en dan dreigende luchten welke langs het zwerk jagen. Zou die ‘ene’ buienradar dan toch gelijk krijgen met haar voorspelling? Jazeker, we schrijven bewust ‘die ene’, want een andere buienradar welke we raadplegen ‘rept met geen woord’ over neerslag. En die krijgt gelijk, want we hebben de ruitenvegers niet aan hoeven zetten. Slechts één keer deze dag voelen we enkele lichte regenspetters, maar naar gelang de dag vordert zien we het weer zienderogen opknappen.
Boven: En zo hoort het, naar beneden die bandenspanning, ook al is het een MB-G….. sorry, Puch.
Ook al zijn we ruim voor aanvang van het evenement op de Landsard; op het terrein zelf heerst al een ‘gezonde’ bedrijvigheid. Bewust vermijden we ‘koortsachtige bedrijvigheid’ te schrijven om maar niet herinnert te worden aan dat vermaledijde Corona virus. Niet alleen daarom noemen we het een gezonde bedrijvigheid, ook omdat voorzitter Ben Kooijmans bij aankomst de koffiepot al aan het pruttelen heeft en penningmeester Eugene Lamping de eerste vroege deelnemers inschrijft. Het welkom is als gewoonlijk hartelijk. Onderwijl de uitstekende koffie naar binnen slurpend zien we de G’s binnen druppelen. Het gaat goed met de MB G-Klasse Club Nederland, want de stijgende lijn waar we in een voorgaand verslag al over repten zet nog altijd door. Begonnen met 28 leden zijn het er inmiddels maar liefst 137! Van die 137 hebben zich 27 leden ingeschreven. Twee leden moeten het af laten weten, maar de club is meer dan tevreden met de 25 deelnemende auto’s die op komen dagen.
STERke troeven. Vanwaar die groei en populariteit vraag je je af? Niet heel moeilijk te verklaren. Een actief bestuur, een harde kern van gezellige mensen en meer evenementen en ritten in binnen- en buitenland dan voorheen welke met regelmaat worden georganiseerd. Wat bovendien helpt is dat tijdens de evenementen van de club een hapje en een drankje gratis zijn voor de leden!
‘STERke’ indicatie van het vochtgehalte. Na het nuttigen van de koffie en het ‘plegen’ van de gebruikelijke ‘social talks’ maken de eerste deelnemers zich op om het terrein in te gaan. Al na de eerste meters op het bekende pad van de ingang valt te concluderen dat de Landsard er tamelijk droog bij zal liggen. De brede en lange plas op het rechter pad is een aanzienlijk stuk gekrompen in vergelijk met ons bezoek van een poos terug en zelfs een beetje in vergelijk met een week geleden toen de deelnemers aan de Kempenrit van Offroader Stammtisch eindigden op de Landsard. Maar helemaal verdwenen is de modder en het water nog zeker niet en weldra is het ‘geratel’ van onze camerasluiters niet van de lucht. De G’s hebben geen moeite met de plas modder, op de bolide van een enkeling na die een tikje te voorzichtig door de plas wil en prompt enkele keren voor- en achteruit moet rijden om uiteindelijk ‘zijn ingeslagen weg’ en voorzien van de nodige modderspatten te kunnen vervolgen.
Boven: Wie trekt hier wie uit de penarie?
Onderschatten versus overschatten. De mix van deelnemers is om te smullen. Onervaren off-roaders en ervaren rotten wisselen elkaar af. We zien dat graag om eerlijk te zijn, niet in de laatste plaats door de vaak verbaasde uitdrukkingen op de gezichten van de onervaren offroaders. Opgetrokken wenkbrauwen met daaronder ogen waarin duidelijk weerspiegeld te lezen staat: “goh, kan hij dat ook’. Jazeker kan-die-dat-ook, maar het blijft oppassen geblazen, want juist omdat de MB G-Klasse je telkens weet te verbazen met zijn kunnen dreigt al gauw ook overmoedigheid. Als bewijs zien we een aantal keren een G-Klasse waarvan de voortgang tijdelijk belemmerd wordt (echt waar!). Sleeplintjes worden navenant uitgerold en zo nu en dan een liertouw of kabel. Inderdaad zo nu en dan, want lang niet iedere MB G of Puch is uitgerust met een lier.
Boven en onder: Ondanks de harde ondergrond als gevolg van de droogte zien we onregelmatig een wiel spinnen.
Altijd vriendelijk, die off-roaders.
Slinks. Het terrein mag dan wel droger zijn; we krijgen sterk de indruk dat de gaten waarin modder en water te ontdekken vallen, een stuk verraderlijker zijn. Het kan maar zo, is onze indruk, dat het komt omdat er de laatste tijd vanwege het Corona virus weinig gereden is. Met water verzadigde modder krijgt dan als het ware langere tijd de kans te bezinken. De modder op de bodem van de plassen is daarom ontegenzeglijk dikker van samenstelling en daarmee moeilijker om door te komen. Worstelen is hier wellicht beter op zijn plaats.
Boven en onder: Zelfde situatie, van verschillende kanten vastgelegd.
Boven en onder: Prijkt nog altijd trots in onze favoriete lijstje van off-road bolides, de korte MB G Cabrio. Yep, ook al weten we dat de lange G praktischer is en comfortabeler. Op de twee foto’s onder is slager Dirk van den Tillard een paar uurtjes op pad met zijn vrouw (hopen we….) en kroost. ’s Middags heeft hij helaas andere verplichtingen.
Boven: Fraai en STERk ‘panorama’.
Boven: ‘Hoffotograaf’ en mede bestuurslid binnen de MB G-Klasse Club Nederland Peter Majolee (samen met dochter Gaby) in gesprek met Eugene Lamping. De MB G van Eugene is herkenbaar uit duizenden, want voor zover we weten is het de enige rood-witte ’two-tone’ in Nederland en misschien wel op de hele wereld.
Onder: Fotograaf Ad Woolthuis mag een poosje meerijden met Eugene Lamping.
Boven: Tja, uitstappen kan op sommige plaatsen en ‘met gevaar voor eigen leven’ een hele onderneming worden.
Boven en onder: ‘Duizendpoot’ Ben Kooijmans boven als ‘meesterkok’ en onder als ‘STERrijder’…
Boven en onder: Peter Majolee.
Boven en onder: Duidelijk bewijs dat de MB G’s ‘mannelijk’ zijn, want ze laten hier middels onomstotelijk bewijs zien dat ze tegen een boom kunnen plassen…
Boven en twee keer onder: Secretaris binnen de MB G-Klasse Club Nederland Peter Wetzels in actie. Spijtig genoeg blijft ‘geluid’ bij foto’s achterwege, maar geloof ons, het geluid van zijn V8 in het vooronder dat de uitlaat verlaat klinkt vele keren mooier in je oren dan de muziek die de huidige radiozenders de ether in slingeren. Oké, nu is dat niet zo moeilijk zal je wellicht opmerken, maar ongetwijfeld begrijp je wat we bedoelen.
Boven: De start van de Formule 1 hebben we deze keer niet gemist.
Boven en onder: Typisch voorbeeld van een ‘momentopname’. Deze foto’s zijn duidelijk in de vroege ochtend genomen als de auto’s er nog spic en span uitzien. Dat wordt al snel heel anders.
STERke familie. We hebben STERk de indruk dat de hele familie Vermeer aanwezig is. Tenminste, als we de deur op de G met zijn teksten mogen geloven zijn daar Chr. Vermeer Jr, D. Vermeer, R. Vermeer en J. Vermeer en inderdaad in een drietal G’s. De overeenkomst is dat ze, samen met het nodige kroost, enorm genieten van het off-road en de pittige uitdagingen beslist niet uit de weg gaan. Integendeel. Ze schamen zich ook niet als ‘hun voortgang tijdelijk belemmerd wordt’, vermoedelijk omdat ze de slogan hanteren dat als je de hele dag gereden hebt, en je geen enkele keer vast gezeten hebt, dat je je dan pas moet schamen… Leuke spontane mannen die je er graag bij wilt hebben.
Het nut van. Niet alle MB G’s zoeken de modderputten op. Enkelen zoeken vooral routes die behendigheid vergen. Gaten en bulten zijn er meer dan genoeg op de Landsard. Hindernissen die bijvoorbeeld zorgen voor ’twisted axles’. Wielen die vrij in de lucht draaien zijn dan het gevolg en als dat gelijktijdig voor en achter gebeurt sta je al gauw stil. Maar dit soort situaties laten vervolgens het voordeel zien van sperren in de assen waarmee de MB G’s zijn uitgevoerd. Een druk op de knop en je rijdt gewoon door alsof er niets aan de hand is.
Boven: Bij ons in Antwerpen is het warmer laat deze mooie dame ’s morgens weten. Maar ja, dat zal wel komen omdat je daar Corona hebt…
Boven: Ook een MB G kan wel eens te kampen krijgen met brokken (heus waar!). Het differentieel in de achteras verwisselt het tijdelijke aardse voor het eeuwige. De ‘eeuwige jachtvelden’ bedoelen we dan.
Boven en twee keer onder: Leuke gozer (Stijn van Gils) die nog niet heel lang in het terrein rijdt en dus niet een karrenvracht off-road ervaring met zich mee moet torsen. Zijn voortgang in een geniepig en lang gat met modder wordt niet tijdelijk belemmerd, maar een poosje langer. De reden is vooral dat het ‘recovery materiaal’ van de hulpvaardige mede terrein rijders een tikje te zwak is. Als de man met de goede lier ten tonele verschijnt is het leed snel geleden.
Boven en onder: De Landsard is niet alleen mooi en bijzonder voor de off-road liefhebbers, maar op enkele plaatsen waan je je in het oerwoud op een andere planeet. Kijk bijvoorbeeld ook eens naar boven zodat je de foto onder te zien krijgt.
Boven: Jaja, ook Ben Kooijmans moet zo nu en dan zijn meerdere erkennen in de pittige moddersecties op de Landsard.
Boven: Hij rijdt het terrein op en…? Oeps, vergeten de bandenspanning aan te passen. Toch maar even doen, want je weet maar nooit.
Boven: “Ik ben op tijd gestopt, want het komt net niet naar binnen”.
Boven en onder: Nooit geloofd dat hij bestaat en daarom afgedaan als een mythe, een sprookje, een sage, legende of volksverhaal, maar echt, hij bestaat. We hebben hem nu zelf gezien, de ‘Flying Dutchman’.
Boven en drie keer onder: Net een pietsje te traag over die scherpe richel en dan helpen ook differentieelsperren niet meer. Het gevolg is wat fotograaf Jan Houtkoop altijd bestempeld als de ‘buikligging’ (afhankelijk van de ramp-over hoek). Het chassis of de carrosserie balanceert daarbij op de richel waardoor de wielen hulpeloos in het rond draaien, wanhopig op zoek naar grip. Geen paniek, we pakken gewoon de lier ‘uit het vet’. Dan moet je echter geen boutje of moertje laten vallen…
Boven: De lier doet zijn werk en onder: bevrijd!
Boven: Bevordert de saamhorigheid niet onaanzienlijk; een wiel wisselen met zijn drie. Corona vergeten we daarbij even….
Boven en onder: Een bijna ‘vallende STER’ welke tijdig wordt verijdelt door mankracht.
Onder: Deze leuke dame is niet komen terrein rijden in deze ‘outfit’ mocht je daar soms op hopen (ter voorkoming van een stormloop van zogenaamde off-road liefhebbers…). Nee, zij vult deze dag met haar sport, jetskiën. We hebben haar in het oor gefluisterd dat off-road rijden vééél leuker is….
Vallende STERren… Eind van de dag is de pret helaas over. Dat we erg genoten hebben is een cliché, maar we bewijzen dat door te verklappen dat we ’te vroeg’ arriveerden, ’te laat’ vertrokken en dat de fototeller bij thuiskomst bijna 900 stuks laat zien…
Fotografie: Ad Woolthuis & Martin Brink. Tekst: Martin Brink.